Rozemarijn

ROZEMARIJN
(J. Verminnen)

REFREIN
rozemama, rozemama, rozemarijn
rozemarijn
wil je van me houden
hou je van mij
oh, wat is dat fijn

Ik loop met jou over goudgele stranden
langs een helderblauwe smartlapzee
en boven ons hoofd vliegt er een meeuw
ze geeft  me een formidabel idee
en ik roep en ik schreeuw rozemarijn

Maar de mensen spreken schande
en schudden langzaam met het hoofd
want geen van hen, rozemarijn
heeft ooit in dat geluk van ons geloofd
maar toch lopen we samen op ons bloemenpad
en als ons geluk dan toch breekt
rozemarijn, dan hebben we ‘t toch gehad
en ik roep en ik schreeuw hé rozemarijn

roze gene mama,  roze gene mama
roze gene mama nog rein
rozemarijn, rozemarijn